Kennissynthese: Onderkenning en aanpak van laaggeletterdheid in relatie tot gezondheidsvaardigheden

In deze studie is de aanpak van laaggeletterdheid in relatie tot gezondheidsvaardigheden in kaart gebracht. Op basis van (inter)nationale literatuur en interviews met diverse betrokkenen (o.a. gemeenten en ROC’s) is een overzicht opgesteld van interventies en effectieve elementen van interventies die gericht zijn op laaggeletterdheid en/of gezondheidsvaardigheden.

Achtergrond

Gezondheidsvaardigheden staan de laatste jaren volop in de belangstelling. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat lagere gezondheidsvaardigheden samenhangen met slechtere gezondheidsuitkomsten: een minder goede gezondheid en een grotere kans op overlijden. Deze relatie is ook gevonden tussen laaggeletterdheid en lagere gezondheidsuitkomsten.

In de moderne samenleving wordt van burgers verwacht dat zij zelfredzaam zijn en zelfstandig geïnformeerde keuzes kunnen maken. Er zijn in Nederland echter naar schatting 2,5 miljoen mensen laaggeletterd, waarvan tweederde hier geboren is (Algemene Rekenkamer, 2016). Voor deze groep mensen vormt die verwachting van zelfredzaamheid een probleem. Het spreekt dan ook voor zich dat we grip moeten krijgen op laaggeletterdheid in relatie tot gezondheidsvaardigheden. In de afgelopen jaren is gebleken dat dit in de praktijk een complexe zaak is.

Onderzoek

Het Expertisecentrum Nederlands heeft in 2016 in opdracht van ZonMw een studie afgerond naar de relatie tussen laaggeletterdheid en gezondheidsvaardigheden met als doel hierover een kennissynthese op te stellen. De kennissynthese levert een eerste inventarisatie van kaders voor onderzoek en interventies vanuit theorie en praktijk; een inventarisatie die tot nieuwe onderzoeksvragen leidt.

In de kennissynthese is vanuit het perspectief van geletterdheid de relatie tussen gezondheidsvaardigheden en laaggeletterdheid onderzocht. Twee onderzoeksvragen stonden hierbij centraal:

  1. Welke interventies worden er in de Nederlandse context gebruikt, gericht op het bestrijden van laaggeletterdheid (al dan niet in relatie tot gezondheidsvaardigheden), en wat is er bekend over de effectiviteit ervan?
  2. Aan welke criteria moeten effectieve interventies ter bestrijding van laaggeletterdheid (al dan niet in relatie tot gezondheidsvaardigheden) voldoen? Wat is er bekend over specifieke eisen die gelden voor subgroepen binnen de heterogene groep die het hier betreft?

Er zijn twee onderzoekslijnen uitgezet om antwoord te kunnen geven op deze onderzoeksvragen. De huidige Nederlandse praktijk t.a.v. interventies hebben we in kaart gebracht met een inventarisatieonderzoek. Gemeenten zijn bevraagd op hun beleid, er heeft deskresearch plaatsgevonden rond lesmaterialen, en aanbieders – waaronder ROC’s – zijn bevraagd op hun ervaringen.

Daarnaast hebben we (inter)nationale literatuur gezocht rond effectieve interventies voor laaggeletterden gericht op lezen en schrijven, al dan niet in combinatie met gezondheidsvaardigheden. Aan verschillende experts uit het veld zijn de in het literatuuronderzoek gevonden effectieve elementen van deze interventies voorgelegd, waarmee de inzichten uit de literatuur verder zijn genuanceerd en geconcretiseerd voor de Nederlandse context.

Het onderzoeksproject is afgerond in december 2016. De eindrapportage is hier te downloaden.